Vorige week zaterdag was ik te gast in de gemeente Landerd tijdens de dag van de Mantelzorg. Ik mocht daar mijn verhaal vertellen en in het bijzonder ingaan op hoe ik goed voor mij zelf zorg. Na mijn lezing stond de theatervoorstelling “Wie zorgt er voor mij?” van theaterbureau Klinker op het programma. Natuurlijk bleef ik om dit te zien.
Ik hou van theater. Mijn #zorgvoormijzelfavondjes bestaan regelmatig uit theaterbezoeken. Ik spaar samen met een vriendin elke maand een klein bedrag waardoor we 4, 5 keer per seizoen naar een voorstelling kunnen. We kiezen van alles en dat maakt het juist ook leuk: toneel, dans, muziek, klassiek ballet of cabaret. De voorstelling in Landerd was een extraatje in mijn theaterseizoen, een bijzonder extraatje bleek later.
Een impressie uit Landerd: Op het podium zit meneer Dijkstra, een oudere en verwarde man, in zijn huiskamer. Een tafeltje, 2 stoelen, een piano, een handsfree-telefoon, een tas en zijn jasje op een paspop vullen het toneel. Dan komt een vrouw het toneel op. Ze heeft een dienblad met koffie in haar handen. Het is zijn toneel-echtgenote. Ze schenkt koffie en roert ook in zijn kopje, mevrouw Dijkstra is een zorgzame vrouw. De telefoon gaat over, het is de aardige consulente van het steunpunt mantelzorg. Ze wil mevrouw uitnodigen voor de Dag van de Mantelzorg, want dat wordt een leuke dag en dat is goed voor u……,u moet er ook eens uit, want het is vast zwaar voor u…..
Mevrouw Dijkstra twijfelt en sputtert beleefd tegen, met de – voor iedereen bekende – argumenten zoals ‘Wie past er dan op mijn man? en ‘Ik weet het niet, ik kan niet zomaar van huis.’ Aan de andere kant van de lijn is er begrip: mevrouw kan niet loslaten, ze wil de zorg niet overdragen en raakt vast overbelast.
De mantelzorgconsulente weet veel over dreigende overbelasting bij mantelzorg en probeert met lichte druk de vrouw te overtuigen, want zo’n middag is heel erg goed voor haar ontspanning en ze kunnen regelen dat er een vrijwilliger op haar man komt passen….. Mevrouw Dijkstra blijft twijfelen, ze zal er over nadenken en het telefoongesprek wordt beëindigd.
Op het toneel gaat het leven verder. Meneer Dijkstra was vroeger een gevierd pianist en soms lukt dat pianospel nog. Hij speelt en mevrouw Dijkstra zingt, ze neemt zijn jasje in haar armen en danst. Ze danst op zijn muziek door de hele woonkamer en ze geniet…..ze genieten samen. Ze straalt en zingt bekende Nederlandse liedjes van o.a. Toon Hermans, Wim Sonneveld, Herman van Veen. Het liedje ‘Laat me, laat me..’ van Ramses Shaffy raakt me.
Het hele tafereel ontroert me, want ik zie geen toneelspel. Ik zie ook geen mevrouw Dijkstra, die samen met haar man een ander leven kreeg en hoe ze beiden genieten van andere samen-dingen, in dit geval de muziek, zang en dans. Nee, ik zie Mon en mijzelf op dat podium. Ook Mon en ik baanden ons een weg in ons nieuwe leven door andere samen-dingen te zoeken, te vinden en te doen. Wij genieten van andere samen-dingen dan destijds voor het ongeval van Mon en het is goed zo. Ik laat mijn tranen de vrije loop.
Het is lastig wanneer dat de ‘buitenwereld’ niet beseft dat Mon en ik een ander leven kregen en mensen ons dan ’terug’ wil brengen naar de leuke dingen van een in hun ogen normaal leven. In de veronderstelling dat ik hulp nodig heb of dat het mij niet bevalt zoals het gaat, stappen ze goedbedoeld over alle bezwaren en grenzen heen. Als mantelzorger moet je dan behoorlijk assertief zijn. Voor je het weet word je in een hokje geplaatst: je bent slachtoffer, iemand die geholpen moet worden. De grootste valkuil daarvan is dat mantelzorgers als een volgende groep hulpbehoevenden worden gezien. Dat creëert eerder afhankelijkheid en stimuleert zeker geen zelfredzaamheid of eigen regie. Terwijl eigen regie houden juist datgene is wat ik wil. Ik realiseer me dat reageren met de juiste argumenten dé manier is om het ‘foute’ hulpaanbod om te buigen naar dat wat wel aansluit bij mijn leven.
‘Laat me, laat me mijn eigen gang maar gaan…..’ het zingt nog een paar dagen door mijn hoofd. Mijn eigen gang gaan….op weg naar assertieve mantelzorg.
18 november 2014
Reacties 1
Mooi stuk en zeer herkenbaar! Ben een dochter van een invalide moeder;(vanaf mijn 4e jaar?), ze had MS en heb in mijn puberteit voor het gezin moeten zorgen: zo ging dat heel gewoon in die tijd! Mantelzorg als naam bestond nog niet.
Ze heeft 11 kinderen gekregen en daarna MS: altijd hebben we voor haar gezorgd met elkaar thuis, (ook mijn vader) terwijl ze op het einde van haar leven helemaal verlamd was en ook nog dementerend zoals dat heet.
Toch was het heerlijk voor haar te zorgen en mis het zelfs!
Geen hulpverlener nodig gehad!
Laat me…Laat me…stond ook op haar lijf geschreven en : ” benader mij normaal, zonder betutteling of hulp te verlenen!”
Leer dat eerst maar af: hulp verlenen,want dat doet soms meer kwaad dan goed!
Wees jezelf!