Sinds haar 4-mei lezing in 2021 volg ik Roxane van Iperen intensiever dan voorheen. Haar bevlogenheid en haar intelligente, doordringende kijk op Nederland en de Nederlandse samenleving raken me. Ze prikkelt maar tegelijktijdig geeft ze hoop in hoe verder met dit land. In haar boek Eigen welzijn eerst legt ze op voortreffelijke wijze, goed doordacht en onderzocht ook, de vinger op de ‘gevaarlijke denkrichting’ van (delen van de) middenklasse in ons land. Nederland heeft lang een zelfbeeld van openheid en tolerantie gehad. Dat beeld kwam voort uit het naoorlogse optimisme van de middenklasse, die geloofde in kansengelijkheid, ongeacht afkomst of achternaam en het belang van goede publieke voorzieningen. Zo zou elke nieuwe generatie het beter krijgen dan de vorige. Het geloof in vooruitgang is de afgelopen jaren afgebrokkeld en heeft onder invloed van de politiek plaatsgemaakt voor een sterke hang naar zelfbehoud, met extreme sentimenten tot gevolg. Deels is haar boek ronduit griezelig. Griezelig en beangstigend om te lezen hoe delen van de bevolking steeds egocentrischer raken en elk oog voor solidariteit verliezen. In Eigen welzijn eerst laat Roxane van Iperen op prikkelende wijze zien hoe dit heeft kunnen gebeuren en spreekt ze de hoop uit dat de middenklasse opnieuw de vooruitgangsgedachte omarmt. Het boek schetst serieus een goed beeld hoe de middenklasse haar liberale waarden verloor. Iedereen die onze samenleving aan het hart gaat zou dit boek moeten lezen.