Complimentjes geven is niet altijd eenvoudig, complimenten ontvangen is vaak nog lastiger. Ik kan dat sinds een tijdje. Ooit leerde ik dat je op zo’n moment vooral moet luisteren naar de mooie woorden, absoluut niets moet terugzeggen en zeker niet wegwimpelen, maar vooral die warme woorden pakken en vanaf je hoofd tot in je tenen over je lichaam voelen glijden. En dan alleen maar dankjewel zeggen. Niets meer dan dat. Probeer het maar, het voelt fantastisch. De complimenten, de verwondering en bewondering en ook het respect dat mensen de afgelopen weken naar me uitspraken waren meer dan hartverwarmend. Ik heb al die woorden gehoord en met mijn hele lichaam omarmd. ‘Heel bijzonder hoe jullie samen deden’; ‘Heel veel respect voor wat jij deed, hoe je het deed en hoe je er in stond’ of ‘Mooi en bijzonder hoe Mon zijn humor bleef houden ondanks de heftigheid en de pijn die hij had’ en ‘Heel bijzonder hoe je grenzen verlegde en zo een mooie balans vond in zorgen voor hem en voor jezelf’ en zo zijn er nog wel een aantal. Steeds kwam het naar voren in alle gesprekjes en de bezoekjes van de afgelopen weken. Nu ik zo menig compliment laat binnen komen voel ik pas heel goed wat het betekent heeft, die 14 jaar voor Mon zorgen, 14 jaar lang 24/7 aan staan. Ik zie nu zelf pas echt hoe bijzonder het was wat ik deed en hoe Mon en ik het samen deden. Ik besef dat elke dag wat meer. De wandeling van vandaag is ook bijzonder. Het is geen rondwandeling maar mijn vriendin en ik worden vanmorgen al vroeg ‘gedropt’ in Schimmert en lopen door prachtige bossen en over mooie, kronkelende paadjes en veldwegen naar de Geul bij Houthem. Door de koelte van het Ravensbos, even van het pad af en langs de Joodse begraafplaats. Altijd een bijzondere plek. Opnieuw door het Ravensbos over goed begaanbare paden en trappetjes. We lopen zelfs een stukje Pieterpad en bij Valkenburg gaan we het veld in waar stoere mannen en machines de paden weer loop- en fietsbaar maken. We gaan op weg naar de Geul en wandelen een prachtig stuk langs die Geul door het Ingendael. Het is een van de mooiste stukjes Limburg vind ik. Ondertussen delen we hoe de voorbije weken voor ons waren: haar heuvellandvierdaagse met haar puberende kleinkinderen en ik hoor mijzelf praten over mijn weken van onwennigheid en verwondering. Hoe ik nu pas goed besef hoe goed Mon en ik het deden samen, dat die gedachte ook troostend is nu. Ze snapt het helemaal. Maar dat het ook wel heel speciaal was zegt ze. Al pratend besef ik dat ik vooral de relatie tussen Mon en mij in de hoofdrol zette. We waren vooral man en vrouw. Niet met name zorger en patiënt. Dat hielp mij om met hem te blijven overleggen en te delen waar ik zorgen over had. Ik zorgde weliswaar voor hem (en hij voor mij), maar vulde niet voor hem in, oordeelde niet voor hem en nam zeker geen beslissingen voor hem. Steeds onze man-vrouw-relatie voorop. Ik denk dat dat het meest wezenlijk was in de afgelopen 14 jaar. We zijn inmiddels terug in Houthem, nog even langs het nieuwe verzorgingshuis, waar de ganzen kwakend en met veel kabaal uit de vijver hoppen en naar de afrastering komen. Of ze ook complimentjes voor ons hebben…? Gezien hun bewakingsdrang waarschijnlijk niet.